Iets waar ik in de winter echt naar kan uitkijken is een lekkere stoofschotel. Heerlijk zacht draadjesvlees dat al uit elkaar valt als je er je vork in zet. Het fijnste van een stoofschotel is dat je er maar weinig werk aan hebt. Alle ingrediënten gaan bij elkaar in de pan en daarna mogen ze samen uren pruttelen.
Maar hoe zorg je er nu voor dat je stoofvlees perfect wordt bereid? Je wilt na al dat wachten natuurlijk wél beloond worden met heerlijk zacht draadjesvlees en niet met taaie stukjes. Daarom is het belangrijk dat je op een aantal dingen let. In dit artikel geef ik je vijf tips, zodat jij straks ook een perfecte stoofschotel op tafel tovert!
Kies het juiste vlees
Als je de perfecte stoofschotel wil maken is het belangrijk om vlees uit te kiezen dat hiervoor geschikt is. Vlees dat een flink percentage vet bevat is het beste geschikt om te stoven. Door het lange garen smelt het vet weg, terwijl het ’t vlees sappig houdt. Magere stukken vlees zijn dus minder geschikt. Wanneer je dit stooft, wordt het resultaat een stuk minder mals.
Vlees dat in een stoofschotel gaat hoeft overigens niet duur te zijn. Juist de goedkopere stukken vlees zijn hier uitermate geschikt voor. Ze zijn namelijk zo goedkoop, omdat ze een lange bereidingstijd nodig hebben. Vlees van intensief gebruikte spieren is dus perfect! Mijn persoonlijke favorieten voor het maken van ’n lekkere stoofschotel zijn riblappen, runderlappen of sukadelappen.
De kunst van het aanbraden
Je kunt stoofvlees het beste eerst aanbraden voordat je de rest van de ingrediënten in de pan doet. Dit doe je met vlees dat al op kamertemperatuur is. Verhit ’n flinke klont boter in de pan en bak de stukjes vlees hier rondom in aan. Alle kanten mogen even goed dichtschroeien en kleur krijgen.
Hierna mag je het vlees ‘afblussen’ met wijn, bier of bouillon. Pas daarna gaan de andere ingrediënten in de pan en kan het stoven beginnen…
Houd je vlees mals
Wanneer je het vlees gaat garen, moet je er altijd op letten dat het niet te had kookt! In de pan mag je hooguit af en toe een bubbel omhoog zien komen. Als je het vlees écht kookt wordt het namelijk taai. Dit willen we natuurlijk niet hebben.
Het is dus de bedoeling dat je het vlees op een laag vuurtje laat sudderen met de deksel schuin op de pan. Zo kan het vlees langzaam garen waardoor het vet en bindweefsel langzaam wegsmelt en het vlees heerlijk mals blijft. Door de pan niet helemaal te sluiten, krijgt de saus de kans om in te dikken. Zo ben je verzekerd van een boterzachte stoofschotel met een heerlijke saus!
Voeg genoeg smaak toe aan je stoofschotel
Om je vlees extra mals te maken en een lekkere smaak te geven kun je ’t beste gebruik maken van een zuur, zoals rode/witte wijn, azijn of bier. Verder is het natuurlijk het lekkerste als je het vlees op smaak brengt met kruiden en specerijen. Zelf gebruiken wij altijd laurier, ui, prei en kruidnagel.
Ook tomatenpuree is een geliefd ingrediënt in onze stoofschotels. Doordat deze ingrediënten in het begin al aan het vlees worden toegevoegd, krijgen ze urenlang de tijd om smaak af te geven. Het resultaat is dan een supersmaakvol stoofpotje!
Wil je eens ’n stoofschotel proeven die écht anders dan anders is? Probeer dan ons pittige stoofvlees met kokos en pinda eens. Ik durf te wedden dat je je vingers erbij aflikt!
Laat je vlees lang genoeg stoven
De truc bij stoofvlees is dat je het lang laat garen. Meestal laat je het vlees 2-3 uur staan, terwijl het zachtjes staat te pruttelen. Toch is dit niet de enige manier waarop je stoofvlees kan maken! Je kan namelijk ook gebruik maken van een slowcooker. Deze is ideaal bij het maken van stoofgerechten. Het handige aan deze pan is dat hij gespecialiseerd is in het langzaam bereiden van stoofvlees, waardoor je er nauwelijks meer op hoeft te letten. Je kan de slowcooker gerust langer dan 5 uur zijn gang laten gaan. Zo krijg je het perfecte, boterzachte draadjesvlees. Dit heeft nóg een voordeel: zo kan de smaak namelijk ook beter intrekken.
Nog een andere manier om stoofvlees te bereiden is door middel van een snelkookpan. Door de hoge druk in de pan stijgt de temperatuur meer dan bij gewoon koken. Hierdoor is het stoofvlees niet in 2,5 uur maar in 45 minuten klaar. Dat spaart enorm veel tijd! Het is dus een fijne optie als je écht trek hebt in draadjesvlees, maar eigenlijk te laat bent om het op de gewone manier te bereiden.
BONUS: stoofschotel voor vegans
Ben je vegan? Dan zijn er genoeg vervangers voor stoofvlees! Je kan bijvoorbeeld gebruik maken van jackfruit. Jackfruit heeft namelijk een soortgelijke textuur als dat van draadjesvlees. Je kunt de meeste recepten gewoon aanhouden en het vlees voor jackfruit vervangen. De stoofschotel kan dan iets minder lang garen, omdat jackfruit eerder gaar is dan stoofvlees.
Een andere vervanger voor vlees is seitan. Dat is een vleesvervanger op basis van tarwegluten. Het recept voor onze stoofschotel zelfgemaakte seitan vind je op deze pagina.